GroenLinks en de VVD willen nog meer duidelijkheid van minister Donner over de wijze waarop er met het dreigement uit de brief van Mohammed B. aan de heer van Aartsen is omgegaan.
Schriftelijke vervolgvragen van de leden Halsema en Vos (beiden GroenLinks) en Griffith (VVD) aan de minister van Justitie over het 'doorsluizen' van de brief met doodsbedreigingen van Mohammed B. (1e set gesteld op 15 november 2004 & beantwoord op 18 november 2004)
1. U beschrijft in uw antwoorden op de vorige set vragen het besluit om niet op 3 november, maar pas op 4 november (na het besluit tot openbaarmaking van de brief) beveiligingsmaat-regelen ten aanzien van de heer van Aartsen te nemen. Uiteraard kunnen wij als kamerleden niet treden in het oordeel van de daarvoor bevoegde deskundigen. Maar moeten wij uit dit oordeel afleiden dat er niemand meer uit het netwerk van Mohamed B. vrij rondliep op 3 november, die kennis kon hebben van de inhoud van de brief en de daarin geuite bedreigingen had kunnen proberen uit te voeren?
2. Waarom is de heer van Aartsen pas ingelicht over de dreiging tegen zijn persoon toen u het besluit tot openbaarmaking van de brief al had genomen?
3. In het stelsel bewaken en beveiligen geldt het adagium dat een persoon in eerste instantie zelf verantwoordelijk is voor zijn of haar eigen veiligheid. Had de heer Van Aartsen niet eerder moeten worden ingelicht opdat hij eventueel zelf maatregelen had kunnen treffen? Of weegt het belang van vertrouwelijkheid in een opsporingsonderzoek altijd zwaarder?
4. Het blijft ons verbazen dat u niet zelf actie hebt ondernomen om zo snel als mogelijk kennis te nemen van de inhoud van de brief. Hebt u, ook op woensdagochtend na de melding in het Ministerieel Beleidsteam, niet gedacht ik wil de brief - waarvan heel (media)Nederland de inhoud wilde weten - zelf lezen? Zo nee, waarom niet?
5. Hoe hebt u in de periode tussen de binnenkomst van de brief op dinsdag en uw beoordeling op woensdag kunnen inschatten of de inhoud van de brief een dreiging vormden voor de veiligheid van de heer Van Aartsen?